Groei & Ontwikkeling.

Bewust leven bestaat voor mij voornamelijk uit persoonlijke groei en ontwikkeling. Ik groei als mens en leer mezelf en wie ik authentiek ben steeds beter kennen door iets (af) te leren. Mijn manier van ontwikkelen gaat via positieve desintegratie, lange tijd eigenlijk zonder het te weten. Dat ik zo graag iets wil (ont)leren en persoonlijk ontwikkelen, hangt niet toevallig samen met mijn teken volgens de Maya-astrologie : Zelfbestaand geel zaad. Groei is mijn innerlijke kracht en het is ook mijn manier om het leven vorm te geven. Mijn groei en ontwikkeling weerspiegelt zich het best in contemplaties en de dagboeken die ik af en aan bij houd voor de laatste 15 jaar. Deze dagboeken vertegenwoordigen mijn beleving, mijn waarheid. 


Een jaar schrijven.

Gedurende 1 jaar verken ik wekelijks al schrijvend een thema, met de bedoeling mijn authentieke ik opnieuw te ontdekken en spelenderwijs uit te zoeken hoe het een en ander in mijn leven met elkaar in verband staat. Gaandeweg het schrijven merkte ik, dat ik door het schrijven en het daarin blootleggen van mijn ziel stukje bij beetje mijn in het leven opgedane trauma's aan het verwerken was. Ik heb de stukken die daarop nog volgenden er bewust voor gekozen om daar nog dieper op in te gaan. Het is geschreven vanuit mijn persoonlijke beleving, mijn waarheid. Niet meer en zeker niet minder dan dat. De mensen die een hoofd- of bijrol spelen in deze contemplaties, heb ik uit compassie een andere naam gegeven. 

Week 40: Favoriete kindertijd herinnering

Het kostte me veel moeite om tot een favoriete herinnering te komen. Ik wist wel een redelijke lijst bij elkaar te sprokkelen van herinneringen van leuke momenten. Momenten die eigenlijk geen blijvende impact op mijn verdere leven hebben gehad, of mij zo’n onbeschrijfelijk gevoel gaven dat het onvergetelijk werd. De meeste van de momenten op die lijst zijn in de loop van de driekwart jaar al voorbijgekomen. De andere momenten zijn er met de haren bijgesleept. Amaya vroeg wat het onderwerp van deze week was. Ik vertelde het haar en somde de momenten op die ik had verzameld. Zij kon niet geloven dat dat de meest favoriete momenten waren uit mijn jeugd. Ze noemde haar eigen favoriete herinneringen op. Ze hoefde niet eens na te denken. Ik had er een paar dagen op lopen broeden. Zij flapt ze er binnen twee minuten allemaal uit en pikt er een uit als meest favoriete. Ze wist nog helemaal te beschrijven hoe het was en hoe het voelde en wat het met haar deed. “Heb jij dan echt geen enkele herinnering, waar je dat ook bij hebt?”, vroeg ze. Ze begon vragen te stellen om mij dichter bij mijn favoriete herinnering te brengen. En toen wist ik het ineens. Ik kon intens genieten van het rijden op mijn skelter.

Lees meer »

Week 39: Lol

Toch evengoed tekenend dat de stukken die een positief uitgangspunt en onderwerp hebben, voor mij de meeste moeite kosten om te schrijven, bij, (angst voor?) gebrek aan materiaal. Het uitgangspunt voor deze week is plezier hebben. In principe gaat het dan eigenlijk om alles wat een lach te weeg brengt, humor. Qua afdeling humor hebben Belgische en Engelse komieken, mij altijd aan het lachen kunnen brengen. Ik herinner me een Belgische komische serie, die zo buiten de normale lijntjes kleurde qua absurditeit, dat wat betreft het op televisie uitzenden het eind van de reeks niet werd gehaald. Als ik op internet oude afleveringen, of stukjes van afleveringen terugkijk, lig ik iedere keer plat van het lachen. Ik schijn een van de weinige geweest te zijn. ‘Willy’s en Marjetten’ heette die serie. De stukjes met Fons en Palmira en de Aliens en het item over Nieuws met César, zijn legendarisch wat mij betreft. Kamagurka, Freddy de Vadder, Piet de Praitere en Gunter Lammoot, weten de lachspieren ook aan te sporen, net als de typetjes van Chris vandenDurpel en Jacques Vermeire. Aan de Engelse kant is Tommy Cooper onnavolgbaar. Monty Python en John Cleese in het bijzonder eveneens. De Marx Brothers zijn zo mogelijk nog meer onnavolgbaar. Die moet ik meestal een aantal keer kijken voor ik de finesses door heb van de woordgrappen. Absurde, bijna onwerkelijke humor, dat is mijn ding. Catch 22, het boek zowel als de film, is ook zo’n voorbeeld. Maar goed, voordat het een grote opsomming wordt, ga ik verder met iets geheel anders.

Lees meer »

Week 38: Het grote wachten

In het Engels heet de titel van het stuk wat ik deze week ga schrijven ‘The waiting game’ maar een Nederlandstalige afgeleide daarvan wens ik niet te gebruiken. Wachten is voor mij geen spelletje. Wachten is wel een belangrijk element in mijn leven, op verschillende manieren.

Lees meer »

Week 37: Wat ik wilde maar niet kreeg (of wat niet gebeurde)

In mijn gezin van afkomst, was discussie, onenigheid, woorden of ruzie, niet gewenst. Iedereen moest het eens zijn met elkaar. Als dat niet lukte, dan werd er over gezwegen en het niet meer ter sprake gebracht. Ze zeggen wel eens dat iets onder het tapijt werd gestopt. Voor mijn gevoel lag er tegen dat ik op mezelf ging wonen, meer onder het tapijt dan erboven. Af en toe barstte er eens een bom, op een vrij onredelijke manier over iets gigantisch klein. Dat krijg je als je niet de moeite neemt om op tijd eens de lucht de klaren. Ik vind dat het beter even goed kan stormen en onweren, zodat de zon weer kan schijnen, dan dat het eeuwig bewolkt blijft zonder dat het regent.

Lees meer »

Week 36: Mijn tienerjaren

Hoe ik mijn tienerjaren beleefd heb, is andere koek dan mijn kinderjaren. Pas rond mijn 10e levensjaar wordt het een beetje helder voor mij. Van voor die tijd heb ik een aantal fragmentarische herinneringen van een enkele gebeurtenis. Dat we bij opa logeerden tijdens de verbouwing van het huis. Het moment dat mijn beste vriendjes de kleuterklas binnenkwamen. Het moment dat de juffrouw van de eerste klas mij naar een bankje voor in de klas sleepte, waar ik in een boekje mocht lezen, wat wel op mijn niveau was. Dat zijn de eerste die mij te binnen schieten. Rond mijn tiende jaar worden de herinneringen wat meer structureel van karakter. In eerdere blogs heb ik het daar al over gehad.

Lees meer »

Week 35: Familierelaties

Familie. Ja. Ik weet leukere onderwerpen om over te schrijven. Voor mijn genezingsproces is het toch belangrijk om dit onderdeel aan te stippen en uit te pluizen. Vroeger! Vroeger was alles beter. Dat zeggen ze tenminste. Toen kraaiden de hanen nog, tegenwoordig doen ze niets dan gapen, zou een oud-collega zeggen. Als ik het op familie betrek, dan past het beter volgens mij, om te zeggen: Vroeger leek alles beter. Vroeger leek het beter te zijn in mijn gezin van afkomst. Was dat zo? Leek het beter of was het echt beter?

Lees meer »

Week 34: Emoties verwerken

Het verwerken van emoties en eigenlijk het omgaan met emoties en gevoelens, heb ik van huis uit niet meegekregen. Er was geen ruimte en geen tijd voor. En daarbovenop waren mijn ouders geen goede voorbeelden in de kunst van het omgaan met en verwerken van emoties. Gevoelens en emoties waren lastig. Was ik blij vrolijk, hyper en enthousiast, dan moest ik daar mee stoppen, want ik maakte teveel leven. Was ik boos en liet ik dat zien, dan moest ik naar mijn kamer om af te koelen. Was ik verdrietig en moest ik huilen, maar duurde mijn verdriet wat te lang naar de zin van moeder, dan kreeg ik steevast te horen: “Gooi er maar een centje in. Toe maar, draai maar, nog een ronde. Is het nu nog niet gedaan?” Van zoveel onbegrip huilde ik spontaan nog harder en werd ik uiteindelijk ook naar mijn kamer gestuurd.

Lees meer »

Week 33: Geld

Welke verhouding heb ik met geld? Mijn gevoelens richting geld zijn een beetje dubbel. Ik vind het een zegen en vloek. Het is gemakkelijk, als je geld hebt. Met geld in de hand kom je een heel eind, maar het maakt je niet gelukkig. Mijn ouders hebben hun best gedaan om als zelfstandige zoveel centen te verdienen, dat het hen en de kinderen aan niets hoefde te ontbreken. Materieel gezien was dat misschien inderdaad ook zo. Het wilde niet zeggen dat ik dan ook automatisch gelukkig was.

Lees meer »

Week 32: Dromen

Tot voor kort was ik ervan overtuigd dat ik nooit droomde. Ik kon me er nooit een herinneren. Ik weet niet waarom. Misschien sliep ik zo vast dat ik, eenmaal wakker, niet meer wist dat ik gedroomd had. Misschien droomde ik op zo’n diep on(der)bewust niveau, dat ik niet in de gaten had dat ik droomde.

Lees meer »

Week 31: Spontaan zijn

Spontaan zijn. Het was in mijn gezin van afkomst ‘not done’ om spontaan te zijn, spontaan iets te gaan ondernemen. De winkel was open op gezette tijden. Het leven speelde zich binnen die begrenzing af. Er was weinig, zeg maar gerust geen, ruimte om iets spontaan te doen omdat je er nu zin in hebt. Als het gepland kon worden, stond het gepland en was het ingeregeld zonder speelruimte om iets spontaans te doen. Ik heb dus geen voorbeelden gehad in mijn jeugd om te leren en te weten wat spontaan zijn nou eigenlijk betekent.

Lees meer »

Week 30: Verwachtingen van de ander

De vorige aflevering kon ik helemaal los over de verwachtingen die ik heb van mezelf. Deze keer gaat over de verwachtingen die ik heb van de ander. Dat is interessant. Ik dacht eerst, die schud ik er zo uit en dat wordt een kort stukje. Hoe langer ik het onderwerp laat marineren, hoe meer ideeen er vrij komen.

Lees meer »