Gedichten selectie 1

Gepubliceerd op 5 januari 2022 om 08:15

Hoe de tijd vliegt

 

Tussen de buitenwereld

en het gedeeltelijk gesloten gordijn

bevindt zich de ruit

doorheen welke jij tuurt

weemoedig zittend in de vensterbank

naar al wat er gebeurt

 

(een oud vrouwtje, die haar tuin

en het trottoir stofzuigt)

 

(zoals het wachtend hoofd

in een gedicht van Anne Sexton

wat ik laatst las)

 

totdat

 

je je hoofd naar me wendt

met die grote droeve kijkers

die lijken te vragen of ook jij zo gek bent

 

Alsof je je plotseling

realiseert

hoe de tijd vliegt

 

dat het gordijn

langzaam maar steeds

meer toegaat

 

 

Dooi

 

Sneeuw smelt

gelijk mijn hart

 

smeltwater druppelt

gelijk mijn tranen

 

Zonsopgang

opent mijn ogen

 

De zon schijnt

een lach op mijn gezicht

 

de zon brandt

mijn tranen droog

 

Zonsondergang

doet mijn ogen sluiten

 

Dauw vormt

zweet op mijn voorhoofd

 

Koude witte maan

weerspiegeld in vloeistof

 

Vorst laat niet op zich wachten

het water te kristalliseren

 

Hopen dat de dooi invalt

hopen dat de dooi invalt

 

Eeuwige traan

 

Als een traan

in een oog

geboren worden

 

Het levenslicht

weerspiegeld

in haar transparantheid

 

Als een traan

te leven

op een wang

 

Onverschrokken of schuchter

onderweg, steeds kleiner van omvang

 

Als een traan

op een lip

 te sterven

 

Een te worden

met de mond

die je lief hebt

 

Tot op dit

moment

heb zelfs jij

het levenslicht

niet mogen

zien

 

Bang als ik ben

voor het

onuitwisbaar spoor

dat je dan

achterlaat

 

Bang als ik ben

voor mijn tong

die jou misschien voortijdig

uit het leven

weglikt

 

*

 

Ondanks dat

zul jij

de eerste

zijn

 

Mocht ik huilen
wanneer ik
mijn tong uitruk

De mooiste

traan ooit

geboren

 

Levend op

mijn wang

stromend langs

mijn lippen

 

de dood voorbij

 

Etenswaar voor gedachten

 

Sommige mensen

kloppen  hun geluk

af op houten tafels

 

Het enige

wat ik afklop

is de as

van mijn sigaretten

 

*

 

Lang zullen we leven

nog langer zullen we dat niet

 

-

 

We zullen vreugde kennen

en nog meer verdriet

Maar er is niemand

niemand die het ziet

 

-

 

De zon lijkt te schijnen

maar eigenlijk regent het

regent het dat het giet

 

-

 

Lang zullen we leven

Weing zullen we beleven

Maar doodgaan? Nee

Doodgaan willen we toch maar niet

 

*

 

De zon

De zon schijnt

De zon schijnt heilig

achter de wolken

 

Achter de wolken

Achter de wolken

schijnt de zon

ook wel eens bedroefd te zijn

 

*

 

Als je merkt

dat je neus

loopt

Bedenk dan

dat oude

demente mensen

alles laten

lopen

 

Dan valt

het allemaal

nog wel mee

 

*

 

Hoop

 

Dweilen met de kraan open

En wachten tot het water

Moe wordt van het lopen

 

*

 

Stilte

 

“Wat is stilte?” gebaarde de dove

tot de blinde

 

“Stilte” zei de blinde

“stilte is wat u  hoort”

 

“Dat is toch ongehoord” gebaarde  de dove

die hem misverstaan had

 

“Mijn excuses” zei de blinde

“Ik zag niet wat u zei”

 

*

 

Nu is het resultaat

van de botsing

die ontstaat

tussen het verleden

en wat nog komen gaat

 

Nu is de toekomst

van het verleden

Nu is het gepasseerde

voor wat nog niet bestaat

Het heden leeft

in het verleden

voort

 

*

Hoop

 

Deze ochtend zag ik

een zweefvliegje

opstijgen

vanaf de balkonmuur

 

Juist toen

de wind,

die stormachtig

geweest was

ging liggen

 

“Nee, zo desperaat ben ik niet,”

dacht ik,

en ik haalde

de fles terpentijn

terug van mijn lippen

 

*

 

Some smoke to remember

Some smoke to forget

 

As  is de herinnering

 

*

 

Er was eens een man

die had het nobele streven

ooit eens geruisloos te kunnen zweven

 

Dat hoefde niet lang te zijn

Heel even was genoeg

 

“ ’t klinkt misschien gek,

maar zie het als een drang,

zeg maar een manier van leven,”

 

Zei hij, terwijl  -ie,

zittend op een boomtak,

vol verlangen en bewondering

opkeek naar de wolken

die wit en wollig voorbijdreven

*

 

AAN L.

 

Van hoe dichter

De dichter

Zijn ziel

Aan de lezer

Openbaart

Hoe meer tranen

Hij vergaart

(op het witte blad

papier)

 

die al twinkelend

als muntgeld

vallen

in een

omgekeerde pet

van een

straatartiest

 

*

 

Iedere keer

Wanneer

Ik in de spiegel

Een blik op de klok

Werp

Bekruipt

Me een zwaarmoedig

Gevoel

Aan gene zijde tikken

De wijzers

De tijd terug

Maar mijn

Spiegelik

Wordt er

Geen rimpel

Jonger op

 

*

 

over mijn spiegelik

gesproken

Ik  wacht

Met smart

Op het moment

Dat hij in de spiegel verschijnt

In mijn afwezigheid

*

Een spiegel:

Het geschenk

Voor de

Paranoïde mens



Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.