Week 14: (Botsende) loyaliteiten

Gepubliceerd op 10 april 2022 om 15:20

Loyaliteit, dat is nogal een woord en een begrip. Het is, als ik er zo over aan het nadenken en voelen ben, een heel wezenlijk en belangrijk begrip dat op de een of andere manier centraal staat in mijn leven. Het vraagt eigenlijk om meer tijd en contemplatie voor dat ik er goed over kan schrijven. Het ligt voor mijn gevoel ingewikkeld, niet zo eenvoudig. Of zo lijkt het.

Om even makkelijk te beginnen, kan ik me herinneren, toen ik voor het eerst ging stemmen, dat mijn politieke voorkeur wezenlijk verschilde van die van mijn ouders. Ik ging uit van wat is goed voor de mens in het algemeen, meer sociaal ingesteld zeg maar. Mijn ouders stemden in lijn van wat goed was voor de winkel. En eigenlijk verwachtten ze dat ik ook zo zou stemmen en ik weet me nog goed te herinneren dat ze verongelijkt waren, dat ik op mijn eigen voorkeur had gestemd in plaats van op die van hun. Ik heb het altijd belangrijker gevonden om te handelen naar eigen inzicht. Ik wil gerust bekijken wat het standpunt is, van waaruit de ander handelt of wil dat ik handel. Want hoe ver de mening en standpunten ook uit elkaar kunnen liggen, er is wat mij betreft bijna altijd wel iets in de mening of het standpunt van de ander waar ik van kan leren en wat ik soms ook meeneem in het bijstellen van mijn mening of standpunt. Ik weeg af, gezien de omstandigheden hoe de situatie in elkaar steekt en beslis dan om te doen wat voor mij persoonlijk goed voelt. Soms vind ik het niet belangrijk genoeg om mijn mening door te duwen. Meestal, en zeker als het in lijn van mijn principes ligt en waar ik van harte voor sta, kan ik het niet over mijn hart verkrijgen om van mijn eigen standpunt af te wijken. Ik kan maar tot zover gaan. Ik ben bereid om ver mee te buigen, maar weet ook waar mijn grens ligt.

Die grens lag vroeger nogal ver van mezelf verwijderd. Hoe meer ik mezelf terug vond tijdens mijn reis van persoonlijke groei en bewustwording, hoe beter ik bij mezelf bleef en mijn eigen mening beter leerde respecteren en er voor uit wist te komen. Niet altijd even sympathiek en compassievol. Daar viel in het begin nog veel aan te schaven, eerlijk is eerlijk. Mijn mening was wel door een ieder geweten. Bij een van mijn vorige werkgevers, kreeg alle ruimte om mezelf te ontwikkelen. Assertiviteit en uitgaan van eigen kracht heb ik daar, mede op hun uitnodiging en advies, mogen leren. Toen ik mezelf al aardig aan het ontwikkelen was, kwam het plotseling niet meer zo uit dat ik geleerd had assertief te zijn. Ik stak mijn mening ook niet meer weg. Bij die zelfde werkgever maakte ik onderdeel uit van een verzuimteam, wat uitging van het standpunt ‘wat is goed voor de werkgever’. Ik ging eerder uit van wat goed was voor de werknemer. Ik stelde het welzijn van de medemens voor op het belang van de werkgever. Dat zal de voornaamste reden geweest zijn, waarom ik niet een meer belangrijke rol mocht aannemen. 3 keer gesolliciteerd voor dezelfde baan, even zoveel keer ging er ‘per ongeluk’ iets mis met mijn sollicitatie. Ik durf mijn hand er wel voor in het vuur te steken, dat mijn wezenlijk andere opvatting daar mee te maken heeft gehad.
In principe ben ik iemand die heel loyaal is. Tenzij het over principes gaat waar ik echt niet overheen wil stappen. Dat heeft bijna altijd te maken met vanuit de mens denken (hoe ga je met elkaar (inclusief dieren en ander leven) om), respect, (on)rechtvaardigheid en (on)eerlijkheid. Dat zijn zo’n beetje mijn stokpaardjes. Elkaar in de waarde laten. Zien wat de ander doet, hoe de ander het doet en dat respectvol behandelen, ook al is het niet mijn manier of mijn idee. De ander erkennen in wat hij doet en waar hij voor staat. Ieder zijn visie respecteren, zonder dat de eigen visie daarvoor moet aangepast worden of voor moet wijken. Tenzij je er zelf voor kiest om je in de visie van de ander te verplaatsen er er iets in ziet wat je aanstaat en zelf wil gaan toepassen, zoals ik al aangaf. Vroeger, na het selectiever worden en beter leren opkomen voor mezelf, zou ik weinig kunnen laten liggen om te laten weten wat ik er van vond. Tegenwoordig weet ik beter te beoordelen wanneer iets wel of niet gepast is of belangrijk genoeg om het conflict voor op te zoeken. Sinds ik dat heb uitgevonden, geleerd en onder de knie heb, is er eigenlijk niet zo heel veel wat zo belangrijk is om voor te gaan. Maar als het het waard is, ben ik strijdlustiger dan vroeger.

Vroeger liet ik dus veel makkelijker over mijn grens gaan en verdroeg ik lange tijd, dat mijn mening als onbelangrijk en niet ter zake doend werd afgedaan. Als dan het verdragen niet meer ging, barstte ik goed open. Vaak buiten proportie natuurlijk, vanwege te lang verdragen. Dan barstte ik open op iets heel kleins, waar ik in goede doen, nog niet op gereageerd zou hebben, maar vanwege het lange verdragen ineens wel. Ik heb vaak onterecht gedacht: zo belangrijk is het niet. Toch zijn vele ‘niet zo belangrijke’ zaken die ik over mijn kant laat gaan uiteindelijk net zo goed reden om open te gaan. Ik ben er vanuit gegaan, dat als ik een keer toegeef, de ander op een moment ook een keer inschikt, geven en nemen zeg maar. Maar ik ontdekte, dat in plaats daarvan, juist werd gedacht: oh, hij geeft toch wel toe, hij schikt wel in. Het moment dat de ander inschikt, omdat het zijn beurt is, moet nog komen. Eerlijk gezegd, heeft dat tot veel frustratie en boosheid geleid, en nog steeds. Tot het punt van verbittering. Ik hoef er niet om heen te draaien.
In conflicten kan ik tegenwoordig meestal wel zien waar beide standpunten vandaan komen. Vroeger vond ik dat ik een kant moest kiezen. De laatste jaren kan ik dat goed laten en neutraal blijven. Tenzij het onderwerpen aangaat die ik eerder noemde. Dan ben ik zeer uitgesproken. Het is vrij gemakkelijk om een kant te kiezen. Makkelijker dan het hele plaatje overzien en van alle kanten de voor- en nadelen te zien en neutraal te blijven. Er wordt dan toch langs beide kanten aan je getrokken en gevraagd of je hun kant wil innemen. Neutraliteit, onpartijdigheid, daarmee is het blijkbaar lastig omgaan.

Ik zie mensen soms in een situatie zich bevinden, waar ze tussen twee kampen in zitten. Ze durven dan geen kant te kiezen omdat ze allebei de partijen te vriend willen houden. Dan zie ik ze tegen hun gevoel in handelen naar allebei de kampen en gruwelijk in de knoop komen met zichzelf. Dat zou ik niet meer kunnen. Ik merk aan mezelf dat ik steeds meer een adelaarsperspectief in wil nemen om van beide kanten de voors en tegens de zien en te begrijpen. Aan de andere kant ben ik nog rechtlijniger geworden wanneer ik ervoor kies om wel een standpunt in te nemen, zeker wanneer het mijn stokpaardjes betreft. Ik ben tegelijk zachter en harder geworden. Dat zie ik net zo goed terug in hoe ik ermee omga. Ik ben veel zachter geworden over het algemeen. Tenzij ik een standpunt inneem, dan ben ik scherper en harder geworden dan ik vroeger was. Scherper en harder, maar wel met mijn emoties zodanig onder controle dat ik mezelf en de ander niet schaadt.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.